Over precies een week is het zo ver, dan loop ik voor het eerst 10 kilometer tijdens de Rotterdam Marathon. Mijn 10 kilometer rondjes zijn inmiddels niet meer op twee handen te tellen en dit is ook niet de mijn eerste wedstrijd waarbij ik 10 kilometer loop en toch is het anders deze keer. Ik heb er voor ‘getraind’, voor zover je het trainen kan noemen, en toch is dit de eerste wedstrijd waar ik zenuwachtig voor ben. Nu is dat misschien normaal, maar je moet weten dat ik nooit train voor een hardloopwedstrijd en al helemaal niet zenuwachtig ben. Mijn eerste hardloopwedstrijd liep ik nadat ik 8 dagen alleen maar alcohol naar binnen had gegoten op examenreis en ik was dus ook al blij als ik hem überhaupt uit zou kunnen lopen. Dat ik dit uiteindelijk in 53 minuten deed zorgde er voor dat ik ook nog eens ontzettend trots was op mijn prestatie. Ook bij die andere wedstrijden werd er niet getraind, liep ik een pr en was ik klaar voor de volgende.

Nu hoor ik je denken: “Dan wordt deze wedstrijd toch al helemaal een eitje als je getraind hebt?” Maar dat gevoel heb ik dus niet. Mijn laatste pr op 10 kilometer is 51.05 minuten. Tijdens de Rotterdam Marathon wil ik dus 10 kilometer onder die tijd lopen en eigenlijk het liefst zelfs onder de 50 minuten. Nu heb ik getraind, maar geen trainingsrondje zat onder die tijd van 50 minuten. Toch is de druk om die tijd te behalen nog steeds aanwezig en dat is precies wat mij zo zenuwachtig maakt. Waar die druk vandaan komt om per se onder de 50 minuten mag Joost weten, want eigenlijk is het nergens voor nodig. Ik voelde me een ontzettende held toen ik mijn vorige pr liep en toen hoefde het ook zeker niet nog sneller. Daarnaast ben ik er van overtuigd dat je vooral moet genieten van zo’n wedstrijd en dat dat  uiteindelijk dan weer zeer voordelig is voor je eindtijd. Maar goed, ik wil hem natuurlijk wel goed uitlopen en dus heb ik een beetje uitgezocht wat helpt om beter te presteren tijdens een hardloopwedstrijd.

– Bietensapjes. In het begin vond ik ze hartstikke smerig. Mijn vader dronk ze elke ochtend, omdat hij er van overtuigd was dat het beter was voor het hardlopen. Als ik dan ’s ochtend naar beneden kwam en mijn ontbijt stond te maken rook ik de geur van zijn sapje en was de trek in mijn ontbijt verdwenen. Inmiddels ben ik gewend aan de smaak (aan de geur nog niet) en vind ik het zelfs, bijna, lekker. En ja, het is goed voor je uithoudingsvermogen en dus ga je er ook beter van presteren tijdens het hardlopen.

– Veel drinken. Niet alleen bietensapjes, maar zorg ook dat je voor, tijdens en na de wedstrijd goed gehydrateerd blijft. Tipje: Als je het ook zo vervelend vind om bekertjes aan te nemen tijdens de wedstrijd waarvan een slok in je mond beland en de rest op je shirt, neem rietjes mee! Geleerd van Annemerel.

– Goed slapen. Niet de dag ervoor om 8 uur naar bed, maar het best kun je gewoon heel de week braaf op tijd je bed op zoeken. Zeven uurtjes per nacht heb je nodig dus doe er de week van de wedstrijd nog een extra uurtje boven op.

– Geen alcohol. Alcohol werkt niet voor je spieren. De kans is groter dat ze verzuurd raken tijdens het rennen en dat wil je niet. Gewoon even een weekje niet dus.

– Geen vezels. Eet de ochtend voordat je je wedstrijd loopt geen vezels, tenzij je van jezelf weet dat je spijsvertering zo snel werkt dat het er voor de wedstrijd al weer uit is. Anders is het vragen om problemen.

– Geniet. De enige druk die je hebt komt van jezelf en dat is tijdens het lopen zeker niet het belangrijkste. Een hardloopwedstrijd loop je voor je lol en dus moet het ook gewoon leuk zijn. Geniet van de omgeving, het rennen, je muziek en de mensen om je heen. Voor je het weet is het klaar en die tijd komt later wel. (Dit ga ik mezelf heel de week vertellen en hopen dat het werkt)

Liefs,
Pamela